Raadsel van de oude foto is ontrafeld
Ik heb al eens eerder geschreven over een foto van mijn grootouders met hun vier kinderen. Toen ging het vooral om de afgebeelde personen. Maar de reden waarom die foto was gemaakt, waar en door wie bleven duister.
Aan de leeftijden te zien was het wel waarschijnlijk dat de foto was genomen toen opa en oma in of bij Maastricht woonden (ze hebben daar op een aantal adressen gewoond). Uiteindelijk kwam de oplossing uit de nalatenschap van mijn tante Annie. Zij bezat een foto met daarop hetzelfde gezelschap, maar in een andere pose. Het enigszins verfomfaaide kiekje heb ik even op de foto gezet, samen met het ingelijste familieportret:
Er zijn dus minstens twee foto's gemaakt tijdens dezelfde gelegenheid. Nu draaien we onze hand daar niet meer voor om, voor hetzelfde geld maken we 30 foto's of meer. Maar in die tijd was fotograferen een dure aangelegenheid.
Als extra bonus stond op de achterkant van het kleine fotootje een aantekening, en wel:
Kijk, nu gaan er allemaal bellen rinkelen, zeker als je weet dat opa en oma getrouwd zijn op 30 november 1907. Ze waren dus 30 jaar getrouwd en het was feest! Mijn nicht Anneke sprak het verlossende woord over het handschrift achterop de foto, zij herkende het als het schrift van haar vader, mijn oom Lambert. Lambert was getrouwd met tante Annie en hij was dus de fotograaf, die bijna 75 jaar onbekend was gebleven.
Ik heb nog gezocht naar extra gegevens over het feest, maar kwam niet zo ver. In plaats daarvan dan maar even een kalender van die maand gemaakt, een beetje in de stijl van toen.
Het was die dag niet zo warm, zo blijkt op de website van het KNMI, waar je de temperatuur van vroeger te weten kan komen. De normale temperatuur voor 30 november was 7,9 graden, maar de temperatuur in De Bilt kwam niet hoger dan 5,4 graden. De zon hebben ze de hele dag niet gezien.
En toen nog even een blik geworpen op de kranten van die datum. Het gesprek van de dag was het ongeluk van Prins Bernhard, die zijn sportwagen aan gort had gereden in de buurt van Amsterdam.
Met een mooi staaltje van het gezegde "van de prins geen kwaad weten", want in de allereerste berichten heette het, dat de auto met een zeer hoge snelheid was komen aanrijden. Toen bleek wie de inzittende was, de prins met zijn aide-de-camp, werd dat al snel gebagatelliseerd. In de trant van: "de auto heeft circa 90 K.M. per uur gereden, hetgeen op zo'n autoweg min of meer gebruikelijk is. Andere chauffeurs reden geregeld nog harder".