29 mei 2010

Spitten in de dagrapporten politie Amsterdam

De bewaard gebleven dagrapporten van de Amsterdamse politie zijn een ware goudmijn. Je vindt er van alles, van iemand die aangifte komt doen van belediging (probeer dat tegenwoordig maar niet meer) tot patrouilles die in een pand dat duidelijk sporen van braak vertoont, plotseling worden geconfronteerd met een lijk.
De lokale media kwamen geregeld bij de bureaus langs, om informatie te vergaren voor de dagelijkse portie politienieuws in de hoofdstad. Bijvoorbeeld: wat was dat voor aanrijding, waren er gewonden, hoe groot was de materiële schade enzovoort, enzovoort. De politie was doorgaans welwillend, de journalisten kregen voldoende informatie om hun kolommen te vullen. Maar soms ook niet, dan ging het om een zaak die buiten de pers diende te blijven. Zoals blijkt uit:


Met hoofdletters staat er onder, dat de pers er niets mee mag doen. Dit is trouwens nog een bescheiden aantekening, want het staat er ook wel met dikke rode potloodletters.
Op 14 januari 1943 wordt de betreffende persoon (waarvan ik de gegevens onherkenbaar heb gemaakt) ontboden op bureau Singel in de hoofdstad. Hij wordt daar ondervraagd en gefouilleerd en naar de mening van de commissaris is er reden om hem vast te houden.
Opvallend is het bedrag dat in de portemonnee wordt gevonden, 6 gulden, 56 en een halve cent. Dat bedrag kan op een aantal manieren worden bereikt, bijvoorbeeld door een 2,5 centsstuk, of nog door een oude bronzen halve cent. In de oorlog werden zinken munten gebruikt, alleen de halve cent hoefde niet te worden ingeleverd. Op de foto de kleinste muntjes uit de oorlog:


De verdachte gaat de cel in en pas twee dagen later wordt hij overgebracht naar het Hoofdbureau van Politie. Voor, zoals dat heet, "Dactyloscopie enzovoort". Met andere woorden: zijn vingerafdrukken worden genomen, hij gaat op de foto (van voren, van opzij en schuin van voren) en hij wordt voorgeleid bij de Officier van Justitie.
Mijn belang bij deze hele serie gebeurtenissen? Dat is slechts zijdelings, ik werd getriggerd door de volgende vermelding:


Waar ik lees dat mijn vader de verdachte naar het H.B. heeft gebracht. Dat zal lopend zijn gebeurd, middenin de oorlog werd voor zoiets eenvoudigs geen auto met bijbehorende brandstof ter beschikking gesteld. En afhankelijk van het gedrag van verdachte X zal hij al dan niet geboeid over straat zijn geleid.

21 mei 2010

Willem Lijding (1722 - 1826)

In de nieuwsgroep soc.genealogy.benelux stond een bericht van Erica over iemand die 104 jaar was geworden. Zij heeft een scan gemaakt uit de Dordrechtsche Courant van 7 november 1826 en die geplaatst op www.online-familieberichten.nl. Voor het gemak heb ik die scan hier even gekopieerd.


Tegenwoordig is een leeftijd van 104 jaar niet zo bijzonder, maar bijna twee eeuwen geleden was het wereldnieuws. Ik was toch in het archief vandaag dus heb ik even de betreffende akte geraadpleegd. Hoe bijzonder de hoge leeftijd gevonden werd, blijkt al uit de inschrijving in de 1-Jaartafel van Amsterdam voor het jaar 1826. De leeftijd van de overledene werd expliciet in de tabellen vermeld. Voor zover ik kon nagaan gebeurde dat in dat jaar bij niemand anders.


En toen kwam de akte zelf in beeld, met de mededeling dat de overledene 104 jaar en 7 maanden was geworden, een gegeven dat toen ook in de krant werd vermeld.


Het controleren van de geboortedatum is zeer moeilijk, zo niet onmogelijk, omdat het om Berlijn gaat. Je moet dan maar net het juiste doopboek kunnen achterhalen. Wellicht dat dat via een Duitse vereniging nog lukt. Maar deze meneer is geen familie van mij, ik zal het niet gaan uitzoeken. Ik vond het feit op zich wel zo leuk, dat ik er een bericht van heb gemaakt.

18 mei 2010

Dagrapporten Amsterdamse politie (2)

Het raadplegen van de dagrapporten van de Amsterdamse politie vereist wat handigheid. Zo op het eerste gezicht lijkt een zoektocht heel veel resultaten op te leveren:


Met per naam een aantal scans, dus dat belooft veel. Maar... pas op, de kans is groot dat maar één van de scans de gezochte naam bevat.
Hoe komt dat? De scans zijn gegroepeerd op datum. Wanneer op een bepaalde datum een naam in beeld komt, wordt de hele groep aan die naam gekoppeld. Gaat het om een klein bureau in een rustige tijd, dan bestaat het dagrapport misschien maar uit 1 of 2 pagina's. Bij grotere bureaus kan een dag wel 8 pagina's of meer omvatten.
In zo'n geval kan het downloaden van de scans een dure grap worden. Bijvoorbeeld: je haalt er eentje binnen, waar de naam al op staat. Degene die van de hoed en de rand weet, stopt op dat moment acuut. Wie het niet weet, gaat ook de resterende pagina's opvragen, met een resultaat van nul-komma-nul. Natuurlijk kan het zijn dat één iemand twee keer op dezelfde dag het bureau binnenkomt. Ja, dan staat hij of zij twee keer in het rapport, maar dat gebeurt maar heel zelden.

Het is maar een weetje.

16 mei 2010

Dagrapporten Amsterdamse politie

Het Stadsarchief Amsterdam heeft een megaklus geklaard, door de dagrapporten van de politie Amsterdam uit de oorlogsjaren te digitaliseren. Dat is smullen voor degene die familie in de hoofdstad had. De dagrapporten, met meldingen van alles wat er zoal op een poltiebureau gebeurt, bevatten een schat aan informatie.
Zo kun je lezen dat een voorvader heeft geprobeerd op de tram te springen, daarbij is uitgegleden en zijn enkel heeft gebroken. Of een familielid krijgt te maken met diefstal, zoals in het geval van mijn oudoom Cor:


Een minuscuul berichtje, maar het vertelt me wèl waar oudoom en oudtante toen woonden. Dit berichtje kan ik hier overigens integraal plaatsen, bij andere knipsels moet ik omzichtiger te werk gaan omdat de kans bestaat dat de mensen die worden genoemd nog in leven zijn. Ik kan me zo voorstellen dat iemand van 87 jaar niet zo graag leest dat hij ooit is gearresteerd voor diefstal van een damesmantel. In zo'n geval gaat de digitale stift over de namen heen en blijven alleen de personalia staan van mensen waarvan zeker is dat ze zijn overleden.
Dit is ook de aanpak die het Stadsarchief volgt, en dat kan soms lastig zijn als er in de rapporten zelf geen leeftijd wordt genoemd. Namen zonder datum worden namelijk standaard afgeschermd op de website van het archief. Kun je aantonen dat betrokkene is overleden, of betrokkene lijfelijk komt vertellen geen bezwaar te hebben tegen publicatie dan wordt de blokkering opgeheven.